Pijnstilling voor je kindje
Heeft je kindje koorts of klachten na een inenting? Dan kun je de klachten verlichten met paracetamol. Deze pijnstiller is in verschillende vormen verkrijgbaar, zoals smelttabletten, zetpillen en als drankje.Wanneer kun je je baby paracetamol geven?
Paracetamol is een veel gebruikte pijnstiller. Het verlicht pijnklachten en vermindert koorts. Naast de variant voor volwassenen, zijn er ook varianten speciaal voor kinderen en zelfs voor baby’s. Als je kindje bijvoorbeeld grieperig is, verlicht paracetamol de symptomen.
Heeft je kindje koorts? Dan is het niet per se nodig om hem of haar paracetamol te geven. Kijk eerst naar het gedrag van je baby. Is hij of zij net zo vrolijk en levendig als anders? Dan is het niet nodig om paracetamol te geven. Voelt je kindje zich duidelijk niet zo goed? Dan kun je paracetamol geven om de symptomen te verlichten.
Weet je niet zeker wat er met je kindje aan de hand is en waarom hij of zij zich niet lekker voelt? Neem dan contact op met je huisarts. Paracetamol is een geneesmiddel. Lees voor gebruik de bijsluiter.
Paracetamol na een vaccinatie?
Is je kindje ingeënt en voelt hij of zij zich hierna niet prettig? Dan kun je na de inenting paracetamol geven om de klachten te verlichten. Geef je baby pas na de vaccinatie paracetamol. Als je dit geneesmiddel voor de inenting geeft, kan het namelijk de werking van de vaccinatie verminderen.
(Bron: RIVM)
Welke paracetamol geef je aan je baby en hoeveel geef je?
Er zijn verschillende soorten paracetamol verkrijgbaar. Zo zijn er bruistabletten, smelttabletten, kauwtabletten, zetpillen en vloeibare paracetamol. Omdat voor baby’s pilletjes niet goed in te nemen zijn, is een zetpil het handigst.
Hoeveel paracetamol je aan je baby mag geven, hangt af van zijn of haar gewicht en leeftijd. Voor kinderen geldt dat zij 10-15 milligram per kilo lichaamsgewicht per dosering mogen krijgen. Dit zijn de aanbevolen doseringen:
- Kindjes vanaf 3 maanden die tussen de 3 en 5,5 kg wegen: 60 mg*.
- Kindjes van 3 maanden tot 1 jaar die tussen de 5,5 en 10 kg wegen: 120 mg*.
- Kindje tussen de 1 en 2 jaar oud die tussen de 10 en 12,5 kg wegen: 240 mg*.
Zit je kindje qua gewicht tussen twee mogelijke doseringen in? Kies dan voor de lagere dosering. Kijk voor de exacte dosering van het geneesmiddel ook altijd in de bijsluiter. Je mag maximaal twee tot drie zetpillen per dag geven en er moet minimaal zes uur tussen het inbrengen zitten.
Twijfel je over de juiste dosering? Neem dan contact op met je huisarts. Heb je je kindje een te hoge dosering gegeven? Neem dan ook altijd direct contact op met je huisarts. Te veel paracetamol kan namelijk leverschade veroorzaken.
Hoe breng je een zetpil in?
Voor baby’s is een zetpil de meest gebruikte vorm van paracetamol. Je kindje kan het inbrengen van een zetpil vervelend vinden en voor jou als ouder is het de eerste keer ook niet altijd even makkelijk. Zo breng je een zetpil in:
- Was je handen en droog ze goed af. Haal daarna de zetpil uit de verpakking.
- Wil je het inbrengen makkelijker maken? Maak de zetpil dan vochtig met wat water of smeer wat vaseline op de punt van de pil.
- Pak de beentjes van je kindje stevig vast en hou ze omhoog.
- Duw de zetpil tot 1 centimeter diep de anus in.
- Hou de billetjes van je baby enige tijd bij elkaar.
Een zetpil werkt meestal na ongeveer een uur. Bij pasgeboren baby’s kan het iets langer duren. Poept je kindje kort na het inbrengen van de zetpil? Geef dan geen nieuwe. De kans is namelijk groot dat een deel van de zetpil al wel is opgenomen door het lichaam.
Het geven van paracetamol is meestal maar enkele dagen nodig. Houdt de pijn langer dan vijf dagen aan of duurt de koorts langer dan drie dagen? Neem dan contact op met je huisarts.
*Paracetamol is een geneesmiddel. Lees voor gebruik de bijsluiter.
Deze informatie wordt beschikbaar gesteld met als enig doel behulpzame informatie te verstrekken aan bezoekers. Deze informatie heeft geen therapeutische of diagnostische waarde. Ook is de informatie niet bedoeld als vervanging van diensten, informatie of gegevens van artsen, specialisten of andere gediplomeerden en professionals.
Dit artikel is voor het laatst bijgewerkt op 22 februari 2023
